Ingredienten
- 300 gram risottorijst
- 2 dl witte wijn
- ½ liter groentebouillon
- 1 eetlepel olie
- 2 gesnipperde sjalotten
- 50 gram geraspte pecorino (of parmezaanse kaas)
- 30 gram boter
- 1 bosje groene asperges in stukjes gesneden, onderkantjes eraf
- handje fijngeknipte platte peterselie
- peper en zout
Bereiden
- Verhit de olie in een pan met dikke bodem. Laat de sjalotsnippers op een laag vuur glazig worden. Doe de stukjes asperge erbij en bak ook even mee. Voeg de rijstkorrels toe en roer ze om tot ze aan alle kanten glazig zijn van de olie.
- Giet er de wijn bij en laat die op een laag vuur verdampen, blijf roeren. Giet in delen het verwarmde kooknat van de asperges erbij. Blijf steeds roeren tot het vocht is opgenomen door de rijst. Blijf doorgaan tot de rijst zacht is, maar nog een beetje beet heeft.
- Als het kooknat voor die tijd op is voeg dan heet water toe. Roer er van het vuur af de boter en de kaas door. Breng zo nodig de risotto nog verder op smaak met peper en zout. Bestrooi met peterselie.