Gnocchi

Zelf verse gnocchi maken. Heerlijk met tomaten saus en verse kruiden zoals basilicum.

6 Personen

Bereiding 40 min

Kooktijd 4 min

Bijgerecht Hoofdgerecht

Bereiden

1. Schil en kook de aardappels met wat zout en giet de aardappels af. Hoe warmer je de aardappels kan verwerken hoe beter het resultaat. Pers de aardappels door een puree-pers of stamp ze fijn. Spreid de aardappel dan uit op een vlak werkvlak.
2. Zeef de bloem boven de aardappel uit en vorm een bal en kneed er dan een bol van met een kuiltje waarin je het ei breekt  en werk dit dan door het deeg heen. Kneed dit deeg door totdat het enigszins elastisch is geworden, ongeveer 5 minuten. Als het deeg plakkerig is voeg dan nog wat bloem toe.
3. Verdeel het deeg in 8 gelijke stukken en rol deze stuk voor stuk uit tot een lang lint van ongeveer 2 cm doorsnee. Werk aan een stuk deeg tegelijk, laat de andere stukken rusten onder folie of een theedoek zodat ze niet uitdrogen.
4. Snij het lint in gelijke stukjes van ongeveer 2-3 cm. Geef de stukjes de vorm die je wilt. Druk tot slot met een vork op het bolletje deeg zodat er een reliëfje ontstaat.
5. Breng een grote pan gezouten water aan de kook.  Voeg de gnocchi toe als het water goed kookt . De gnocchi zijn gaar als ze komen bovendrijven. Dit duurt circa 4 minuten.
6. Schep de gnocchi uit het water met een schuimspaan of giet ze af en leg ze in een schaal. Doe niet te veel gnocchi tegelijk in het water, afhankelijk van de grootte van de pan, ze moeten vrij kunnen ‘zwemmen’.
7. Voeg andere ingrediënten zoals saus, tomaten, pesto, kruiden of kaas pas toe als alle gnocchi zijn gekookt. Schep voorzichtig door elkaar en dien op.